woensdag 18 april 2012

De Grote Oorlog in Kanne

Deze avond waren we uitgenodigd op een lezing van Kannenaar Paul Vrijens over de levensomstandigheden in Kanne tijdens de eerste wereldoorlog. De lezing was ingericht door de heemkundige kring van Gingelom en ging door in de bibliotheek van het dorp.

Het was echt boeiend, vooral omdat, buiten de grote lijnen van de oorlog, vooral aandacht werd geschonken aan het leven van de gewone mens in dat dorp op de grens van Nederland.

Ik kan de lezing niet beter samenvatten dan te kopiƫren wat stond op de uitnodiging van Nathalie Ceunen van het Rijksarchief in Hasselt:

“De Eerste Wereldoorlog, ook wel eens de Groote oorlog genoemd, was een wereldconflict die de kaart van Europa grondig hertekende. Maar deze oorlog liet zich ook voelen in de kleine dorpen op het platteland. Kanne was zo’n dorp en lag bovendien vlak aan de grens met het neutrale Nederland. Tijdens deze lezing legt Paul Vrijens de klemtoon op hoe de gang van zaken in het dorpje veranderde ten gevolge van de oorlog.

De constante angst voor de Duitse bezetter, die continu aanwezig was omdat de grens met Nederland moest bewaakt worden. De schaarsheid en hoge kost van sommige voedingswaren, de opeisingen die naarmate de oorlog vorderde steeds erger werden… In Kanne waren er ook meer dan tachtig soldaten op een bevolking van achthonderd mensen waardoor bijna iedereen iemand kende die moest gaan vechten, krijgsgevangene was genomen of gesneuveld was… Door de oorlog ging ook de wereld voor vele dorpsbewoners open doordat ze hun dorp en vertrouwde omgeving (moesten) verlaten.”

De spreker had, aan de hand van zijn opzoekingen in het Rijksarchief en gesprekken met afstammelingen, enkele individuele verhalen gereconstrueerd, en dat maakte de zaak heel interessant. Zo hoorden we ook het verhaal van de doodgeschoten Anna Reggers, voor wie we tijdens ons laatste bezoek aan Kanne een plaatje hadden zien hangen aan het vroegere burgemeestershuis.

Na de lezing volgde een receptie. Eerst wilden Roger en ik meteen naar huis gaan (ik moest nog wat opruimen en verder voor de volgende  monografie van de KVLS zorgen), maar rijksarchivaris Rombout Nijssen stelde ons voor een Surley de Chokier te drinken. Na een biertje zijn we echter toch vertrokken. Buiten Rombout Nijssen, die door iedereen werd aangeklampt, kenden we daar immers niemand (eigenaardig genoeg was er geen ander lid van Heemkunde Groot Heers aanwezig). En zoals ik al zei, thuis wachtte nog een beetje werk.

Het is nu 23:30 uur, de monografie is nagelezen en in de juiste vorm gegoten, alleen wacht ik nog op de foto’s die Jan Gerits me zal doormailen zodat ik die kan invoegen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten