Ik weet niet waarom ik me doodmoe en zo rillerig voelde toen we ‘s avonds laat thuis kwamen van het Elenasitten! Ben ik de verkoudheid van onze dochter aan het overkrijgen? Of ligt het aan het te weinig slapen vorige nacht?
Het werd nochtans een heel mooie dag. De mama van Elena was niet gaan werken: ten gevolge van blijven lesgeven tijdens een verkoudheid, had ze geen stem meer. Dus was ze wel verplicht thuis te blijven, want doceren zonder stem is niet te doen!
Toch was ze niet meer echt ziek en konden we samen een lange wandeling maken rond het kasteel van Arenberg in Heverlee, waar nu wetenschappelijke faculteiten zijn gehuisvest. Het krioelde er dan ook van de studenten en ik moest vaak terugdenken aan mijn studententijd. Elena heeft ook genoten, nadat ze eerst in slaap was gevallen, en daarna wakker werd aan de Romaanse kapel op dat domein (die ik van naam kende, maar nog nooit gezien had). Ze wees de eendjes op de Dijle aan, begroette de bomen (echt! ‘Dag bomen,’ zei ze spontaan toen ze aan die kapel wakker werd), en was blij verrast zoveel fietsers te ontmoeten (Elena heeft iets met vervoersmiddelen, dat is duidelijk: auto’s, fietsen, bussen fascineren haar; en studenten verplaatsen zich blijkbaar nog meestal op de fiets).
Na nog enkele boodschappen voor ons avondmaal werkte haar mama toch nog een uurtje aan haar lesvoorbereidingen, en heb ik heel veel met mijn “grote meid” gespeeld. We hebben getekend, verteld, gedanst op kinderliedjes, rondgewandeld in de tuin waar ik haar wees op de vele dennenappels die op het gras lagen (en ze zei dat woord heel correct na), en gepraat over “nonkel” Zeger die bij zijn zus zou komen eten (de papa van Elena was naar zijn Spaanse les).
Toen ik het tijd vond, na weer een tekensessie met stoepkrijt op het terras, om weer naar binnen te gaan, wuifde Elena naar “de tuin” en zei letterlijk: ‘Dag buiten!’. Terwijl ik dit schrijf, komt er een andere herinnering bij mij op. Op een zeker ogenblik, terwijl Elena en ik aan het tekenen waren op het terras, dook Roger even op van achter het muurtje dat de tuin van het terras scheidt. Hij riep: ‘Dag Elena!’. Elena keek op, maar Roger was alweer verdwenen achter het muurtje. Ik vroeg haar: ‘Wie zei er dag Elena?’, en Elena antwoordde, nadat ze even had rondgekeken en niemand zag: ‘De bomen!’. Schattig, niet?
En toen Zeger aanbelde gebeurde het: Elena zag hem de trap opkomen en riep duidelijk uit: ‘Nonkel Zeger!’.
Vanaf toen was ik tweederangs! Elena wilde nog alleen met hem spelen! Maar ik mocht haar toch nog een verhaaltje voor het slapen vertellen (haar mama had immers geen stem).
Roger heeft enkele foto’s gemakt, maar die volgen morgen of zo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten