Zeger, zijn zus en schoonbroer én Elena en Matthias kwamen stipt om 12:30 uur aan. Daarvoor had ik al ruim anderhalf uur besteed aan het opruimen van de sporen van onze lange praatavond en aan het opvouwen van de gewassen en gedroogde kleren van Hendrik. Ik had wel nog geen tijd gehad om de tafel in de bibliotheek te dekken. Daarom vroeg ik aan (deze keer “koningin”) Elena en aan Matthias of ze me daarmee wilden helpen… En toen merkten we dat Sinterklaas daar was langs geweest.
Er werd bewonderd, gespeeld, een aperitief gedronken en gebabbeld. Uiteindelijk werd de tafel toch gedekt en aten we, na pompoensoep, boeuf stroganoff.
Elena had onder andere een step gekregen van Sinterklaas en zij en ik gingen even oefenen op het binnenplein (wat was het winters koud!) waar Elena mij ineens vroeg waarom we van Antwerpen naar hier waren verhuisd. ‘Ik had geen zin meer om in een stad te wonen’, zei ik.
‘O, ik zou wel graag in een stad wonen,’ antwoordde ze me, ‘dan kan ik gemakkelijk naar winkels gaan kijken!’
Voor het dessert maakten we een wandeling door het dorp, Elena uiteraard op haar step. En Matthias mocht haar kroontje dragen. ‘Ik ben nu koning’, vertelde hij ons.
De wandeling duurde niet heel lang: het was echt veel te koud. Na nog een ijsje en koffie (voor onze dochter en mij lekkere thee die ze mij had cadeau gegeven) vertrokken de kindjes, hun ouders en Zeger naar het Leuvense. Terwijl Roger en ik afruimden, ik nog een wasmachine liet draaien, verzamelde Hendrik zijn gerief. Daarna praatten we nog een poosje na alvorens hem naar het station van Hasselt te brengen.
We kwamen bijna te laat aan, dus lieten we hem uitstappen terwijl wij de auto gingen parkeren. Een paar minuten later wandelden we zelf het station binnen. We zagen Hendrik niet meer en gingen er dus van uit dat hij zijn trein had gehaald maar liepen toch nog naar het perron. We werden aangesproken door een dakloze jonge dame die ik van ziens ken, ik deed teken dat ik nu geen aalmoes zou geven, we haasten ons verder en kwamen op het perron aan net toen de trein vertrok. Terwijl ik wat geld uit mijn portefeuille haalde, kreeg ik een berichtje van Hendrik dat hij op de trein zat. We liepen terug naar de uitgang van het station met de bedoeling deze keer wel iets te geven aan de dakloze… Maar ze was verdwenen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten