In het kader van Erfgoeddag opende het klooster van Colen zijn poorten. Afijn, een klein deel van zijn poorten, want van het klooster zelf kon je alleen de ontvangstruimte bezoeken.
Vriendin Liliane woonde destijds vlak bij het klooster en was er kind aan huis. Zij heeft me er jaren geleden eens binnengeloodst en toen heb ik veel meer kunnen zien van het eigenlijke slot!
In de mooie kapel echter (die we ook al ooit bezocht hadden) kregen we deze keer een heel interessante uitleg over onder andere het leven van de heilige Odilia van wie het schrijn na talrijke omzwervingen terechtkwam in de sacristie van die kapel. Die uitleg werd gegeven door een historicus en theoloog met wie we al een paar keer in gesprek geraakten tijdens onze wandelingen in Kerniel. Ik weet niet hoe hij heet, Roger denkt dat zijn familienaam Bleus is.
Het verhaal van Odilia vertoont gelijkenissen met dat van de zeven maagden uit Simancas!
Onze gids vertelde ook over de in de kapel aanwezige “vruchtbaarheidsbidstoel” van de heilige Lutgardis.
Dat is iets heel eigenaardigs! Volgens mensen uit de buurt zou het echt een “magische” stoel zijn. Een vrouw die erop gaat zitten, krijgt ongeveer negen maanden later een kind. En, echt, er zijn nog steeds vrouwen die vragen om even op die stoel te mogen zitten: het lijkt heel efficiënt te zijn!
Ook het fruitmuseum, geherbergd in de vroegere stallen van het klooster Mariënlof, opende gratis zijn deuren.
In de vroegere meisjesschool van Kerniel, ook een bijgebouw van het klooster (en waarin ik lang geleden de presentatie hield van mijn tweede boek), was er een tentoonstelling: uittreksels uit de dagboeken van twee soldaten in 1914-18.
Hier een tekst uit het dagboek van de uiteindelijk gesneuvelde Michel Toudy. Klik om te vergroten: het is de moeite waard! Ik hoop dat beide dagboeken ooit in boekvorm worden uitgegeven (eigen foto’s).
Nadat Roger en ik hadden genoten van een Bink in het geïmproviseerde café in dat schooltje (een herinnering aan de vroegere succesvolle cafetaria van Colen), wilden we toch nog even echt wandelen.
Dat deden we eigenaardig genoeg niet in Kerniel deze keer maar in de velden tussen Batsheers en Oleye. Misschien hadden we die rust nodig na voor deze contreien toch vrij veel volk rondom ons in Colen?
Het werd een typische “Roger”-wandeling: ver van de begane paden, langs de boorden van onder andere een bos en een akker; en dus heel veel rust én vogelgeluiden. En inderdaad, Martin, naast roofvogels, ook enkele kieviten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten