Buiten ligt er nog een dik pak sneeuw, en de kou nodigt ons uit om binnen te blijven. De dagen zijn goed gevuld: het inventariseren van huwelijksaankondigingen schiet goed op, en de tekst over de buurthuizen van Heers kreeg een grondige, geslaagde revisie van Chat GPT. Gisteren hielp ik B. nog even met zijn Frans, en vandaag gaf ik L. per e-mail een duwtje in de rug bij zijn huistaken. Ondertussen typ ik mijn oude dagboeken over, lees ik veel, en gaan de dagelijkse huishoudelijke taken gewoon door. Ook de mailbox vraagt om aandacht. Vervelen doen we ons dus helemaal niet.
Toch dwalen mijn gedachten al drie dagen af naar vroegere winters. Toen we niet bang waren voor valpartijen, toen we nog vlot konden lopen en we de kou vrij goed verdroegen. Zouden we toen een wandeling hebben gemaakt door dit besneeuwde landschap? Ik vermoed van wel. En dat idee – dat dat hoofdstuk nu voorgoed afgesloten is – brengt een mengeling van melancholie en berusting met zich mee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten