Roger heeft een heel uitgebreide familie. Elza, zijn oudste nicht (in de betekenis van “cousine” in het Frans) is zes jaar geleden overleden, en was ongeveer 32 jaar ouder dan Roger zijn jongste zus, de jongste nicht van de hele familie.
Gisteren belde Roger even naar zijn nicht Jeannine om te vragen hoe het nu gaat met haar broer (eigenlijk gaat het nog niet zo goed) en zijn nicht dacht dat hij wilde afspreken voor de begrafenis vandaag van Frans Lenaerts, de weduwnaar van Elza. Wij wisten zelf niets over dat overlijden! (En nee, deze keer heb ik ook niets “gevoeld'”; ik kende Frans immers amper, weliswaar als zijnde een heel vriendelijke man, van nu bijna 86 jaar).
Gisteren avond vroeg Roger zich geregeld af of we nu wel of niet naar de uitvaart zouden gaan. Uiteindelijk besloten we er naartoe te rijden.
En we kwamen te laat aan. In een bomvolle kerk herkenden we alleen Jeannine en haar tweede broer, en … onze Leuvense vriend Dirk Armée! Hij bleek een vroegere collega van de, in bepaalde kringen, vrij bekende dokter, specialist longziekten, Frans Lenaerts te zijn geweest.
Ik heb gebeden. Voor Frans. Ik heb het al gezegd, de enkele keren dat ik hem heb ontmoet, vond ik hem toch zo ongelooflijk vriendelijk! En ik had destijds van tante Laure, de moeder van Jeannine, gehoord dat hij het overlijden van zijn vrouw zo moeilijk te boven kwam. Ik hoop zo dat Hendrik ongelijk heeft en dat Frans nu verenigd is met zijn vrouw, zijn daarna overleden oudste dochter en zijn nog later overleden kleindochter (wat heeft die man veel moeten doorstaan in zijn laatste jaren!).
Maar… Daarna wilde Jeannine ons meetronen naar de koffietafel. Ik voelde zoveel schroom. Wij waren immers niet “uitgenodigd”! Jeannine drong zo fel aan dat we het wel deden. Ikzelf heb me een beetje op de achtergrond gehouden. Maar wel veel geobserveerd.
Eerst werd er nog over de overgegane gesproken. Even, want daarna was iedereen weer bezig over zijn eigen zaken. Ik zat naast enkele vrouwen die ik niet kende en die druk aan het praten waren over hun opeenvolgende “poetsvrouwen”. En alle andere gesprekken die ik een beetje kon volgen, leken me even oppervlakkig!
Op een zeker ogenblik zag ik de tweede oudste dochter van Frans en Elza, die met haar broer (of man? Ik ken de kinderen en kleinkinderen van Elza echt niet) stond te praten, naar Roger en mij wijzen. Het was duidelijk dat ze hadden begrepen dat er ongenode gasten aanwezig waren!
En nog later, toen Jeannine afscheid nam, en wij dus ook, en Jeannine vertelde aan de dochter van Frans en Elza wie wij waren, vroeg die vrouw ons of we dan een “doodsbrief” hadden ontvangen. Natuurlijk zei ik de waarheid: we waren op de hoogte gebracht door Jeannine. De dochter van Frans verontschuldigde zich: ze hadden echt alleen het adres van Jeannine gevonden en, of wij wilden de rest van de familie op de hoogte brengen. Graag!
Maar nog steeds vraag ik me af of wij eigenlijk welkom waren op de koffietafel!
En… Hoe ik het er zal van afbrengen de dag dat Nany overgaat. Van meer dan de helft van mijn nichten en “kozijnen” heb ik ook geen adres!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten