Vandaag bezochten we nog eens schoonzus L. in het Leuvense. Nu kennen we onze weg goed in het rusthuis en we moesten dus helemaal niet meer zoeken naar haar kamer.
De televisie stond op... maar schoonzus sliep. Roger en ik wachtten een poosje, vroegen ons af of we haar wel of niet zouden wakker maken, besloten het uiteindelijk wel te doen. Slaapdronken ging schoonzus deze keer in haar rolstoel zitten en we reden haar naar de cafetaria. Bij een kopje koffie of thee (en een wit wijntje voor L) begonnen we wat te praten maar het viel ons op dat L. steeds de neiging had opnieuw in slaap te vallen. 'Dat komt door al die medicijnen,' legde ze me uit. 'Eigenlijk zou ik liever terug naar mijn kamer gaan en gaan slapen.' Dus reden we haar terug hoewel ze nog maar amper van haar glas had genipt.
Kort daarop kwam diezelfde Spaanse verpleger binnen en we spraken met hem over de slaperigheid van schoonzus. Hij weet die ook aan al de medicamenten die ze moet slikken.
Roger en ik keerden terug naar Haspengouw en thuis zocht ik naar de mogelijke bijwerkingen van die medicijnen: zij blijken inderdaad de boosdoeners te zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten