Heemkunde Groot Heers organiseert die cursus, gegeven door Rombout Nijssen. Ik heb geaarzeld of ik me zou inschrijven (Roger zou het sowieso doen), maar uiteindelijk heb ik het toch gedaan.
Deze avond hadden we onze eerste les.
Zoals altijd vertelde Rombout Nijssen boeiende zaken. Deze keer ging het over de geschiedenis van de dienstplicht in België en militielijsten. En natuurlijk over wat je uit die lijsten allemaal kunt afleiden. We kregen een opdracht mee: een lijst van 1919 ontleden in de algemene context van de dienstplicht (en uiteraard moest onze ontleding zich niet daartoe beperken: je vindt veel meer interessante gegevens op zulke lijst, over de familie van de milicien, over zijn ziekten, zijn lichamelijke toestand, zijn beroep, enzovoort). Eigenlijk ben ik vrij enthousiast maar… Zal ik daar de tijd voor vinden?
Vanavond was niet de eerste keer dat ik het opmerkte: sommige mannen (want ik was weer de enige vrouw bij de “cursisten”) zijn ook babbelaars. Enkele keren heeft Rombout Nijssen stilte moeten vragen. Dat gebabbel tijdens een les heeft mij altijd gehinderd, en ik begrijp niet dat mensen niet inzien dat een beetje respect voor een lesgever vraagt dat je hem laat spreken, en dat je ook de anderen moet gunnen dat ze hem kunnen volgen.
Ik heb wel enig begrip voor jonge mensen die schoolmoe zijn en die hun verveling uiten door gebabbel, maar volwassen mensen die zelf voor een cursus kiezen, en die dan beginnen te babbelen tijdens de uiteenzetting begrijp ik niet.
Ook tijdens een eredienst kan dat gebabbel me enorm hinderen. En daar zijn het meestal vrouwen die hun verveling al roddelend verdrijven. Of meer aandacht hebben voor de outfit van een buurvrouw dan voor wat er zich aan het altaar afspeelt. Dan vraag ik me altijd af waarom ze daar zitten? Uit verplichting (in onze tijd nog?) of om zelf te pronken met hun nieuwste jurk? Beseffen ze dan niet dat ze zo ook het voorwerp kunnen worden van gebabbel?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten