26 december 2010
Ik zit weer in Leuven. Ben deze ochtend weer langs Hasselt gekomen: er bleek op zondag geen bus naar Sint-Truiden. Ik ben dus weer ongeveer 4 uur onderweg geweest. Marie-Claire heb ik niet gezien: ze deed niet open. Ik heb niet aangedrongen, want aangezien het gisteren kerstdag was, was het misschien laat geworden voor haar.
De hele rit naar Hasselt heb ik staan praten met de bus-bestuurster. Ze drong aan dat ik daar zou blijven staan, zelfs toen ik haar erop wees dat wat ik deed eigenlijk verboden was. Ze klaagde over de toestand van de wegen rond Hasselt, vertelde dat ze van Wellen was (en kende Jeannine Leduc) en nu in Tongeren woont. Maar met de Tongenaars liep ze niet hoog op en ik heb maar niet verteld dat mijn grootvader van Tongeren afkomstig was.
Roger was wakker, maar nog heel slaperig. En wegens plaatsgebrek lag hij nog steeds op de ‘Intensieve’, wat betekent dat ik slechts 2 maal een kwartier bij hem mocht. Voor mij werd het dus een lange dag ‘lummelen’.
Na mijn eerste bezoek ben ik even iets gaan eten, daarna ben ik naar Leuven getrokken. Ik heb een kamer gereserveerd in het Sint-Pietersziekenhuis. Daar bieden ze immers logies aan familie van UZ-patiënten (het UZ bestaat uit Gasthuisberg, Pellenberg en Sint-Pieter).
Ik kreeg een kamer voor 2. Mijn kamergenote woont in Dilsen, maar is een Nederlandse. Haar man ligt met brandwonden in Gasthuisberg. De kamer is heel ruim, er is een vrij gezellige gemeenschappelijke woonkamer met boeken en tijdschriften, een keuken waar we ontbijt krijgen en zelfs mogen koken.
Op dit ogenblik schrijf ik dit in de woonkamer waar ook de televisie aanstaat.
Het enige nadeel is dat het hier overal vreselijk warm is… En dat ik weer naar de uitgang moet als ik wil roken.
Nadat ik nog even in Leuven had rondgelopen (wat zijn de straten hier glad!) nam ik weer de bus naar Gasthuisberg. Iets later kwamen daar ook Elvira en Geert aan. Samen gingen we Roger bezoeken, die nu helemaal wakker bleek. We hebben zelfs gegrapt. Maar weer mocht het dus niet te lang duren.
Wij drieën zijn nog iets gaan drinken, en ik heb iets gegeten terwijl Elvira mijn oude Sim-kaart in mijn Smartphone deed.
Toen ik op de bus terug naar Leuven wachtte, geraakte ik in gesprek met een vrouw die niet ver woont van waar Marraine vroeger woonde, en met een jonge man (29 jaar) die ons vertelde over zijn overleden moeder en zijn verdriet, over zijn passie voor treinen, zijn neefje en zijn verzameling telefoongidsen. Hij leek een beetje achterlijk, maar was zo schattig!
En ondertussen heb ik met twee andere bewoners van het ‘familieverblijf’ kennis gemaakt. Een daarvan zit tv te kijken, een andere is ook op zijn laptop bezig.
Ik hoop zo dat Roger morgen inderdaad op een gewone kamer ligt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten