Het was koud vandaag! Toch gingen we een uurtje wandelen. Roger wilde naar Vreren: dat was heel lang geleden.
We liepen een goed half uurtje het veld in en kwamen een ‘hutje’ in een boom tegen. In feite eerder een houten terrasje. Door kinderen gemaakt? De constructie hing wel vrij hoog:
Omdat er donderwolken opkwamen (ik ben echt bang van onweer in open veld) maakten we rechtsomkeer voor we een lus hadden kunnen wandelen. En gingen nog even naar de kerk en daarna het kerkhof op. Daar merkten we dat Vreren tot zeker in 1943 Freeren heette!
De boerderij achter de kerk, die al een poosje serieus aan het vervallen was, bleek nu het voorwerp van uitgebreide werken.
Daarna reden we via Lauw naar Otrange. Langs de landweg daar naartoe merkte Roger appelbomen. Zoals wij dachten, en zoals een tractorbestuurder, die Roger aansprak terwijl hij appelen plukte, bevestigde: geplant door de gemeente, en “voor iedereen”. Terwijl Roger heel veel sterappels en sappige Keuleman-appelen plukte, bleef ik in de auto zitten (genietend van een eerste Keuleman die Roger mij had aangeboden). Ik weet niet waarom, maar ik had ineens een intens innerlijk blij gevoel. De zon was beginnen schijnen, en ik, ik dacht terug aan sommige reizen, had een soort innerlijk gesprek met mijn dierbare overledenen, en kreeg daarna een kosmisch gevoel dat ik normaal alleen midden in de natuur ervaar.
En dan reden we naar huis. Waar ik eindelijk de laatste gegevens kreeg voor die monografie die dringend naar de drukker moet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten