Wat was het aangenaam warm vandaag: tot 24°C!
Roger stelde voor naar Waltwinder te rijden (deelgemeente van Bilzen). Op het eerste gezicht beviel het dorp ons niet erg: te veel pronkerige villa’s. Maar ik drong aan om er toch even te wandelen. We liepen voorbij de kerk (gesloten) en kwamen dan toch enkele oude boerderijen tegen.
Een beetje verder dan de hoeve hierboven liepen we een groene beemd in. Lekkere geuren: Roger denkt dat ze van maïspulp kwamen. En… We kwamen weer eens een paar schoenen tegen!
Ik begin me echt vragen te stellen bij al die schoenen die wij op ons pad ontmoeten! Onlangs zagen we er ook twee liggen langs de weg van Sint-Truiden naar hier!
In die beemd maakten we een lus terug naar het dorp via enkele aardbeiplantages.
En daar zagen we een opvallende hoeve van de 18de eeuw.
Daarna waren het weer enorme villa’s. We zaten duidelijk in een dorp dat vroeger heel landelijk was, maar nu evolueert naar een villadorp.
Daarna reden we naar Eigenbilzen, waar we eerst de kerk bezochten (deze kerk was wel open).
(het vroegere torenuurwerk van de kerk, foto’s Roger)
Terwijl Roger zijn foto’s maakte, heb ik even gebeden. En nee, ik heb absoluut geen kerk nodig om te bidden! Bidden doe ik eigenlijk overal en constant, en zeker als ik me ergens bevind waar ik overweldigd word door de schoonheid van de natuur rondom mij. Maar nu dacht ik ineens terug aan een mail van Edith (voorzitter KVLS) die ik deze ochtend vond: ons bestuurslid Raymond zou ziek zijn én gehospitaliseerd.
Terwijl we daarna verder kuierden in het dorp (heel levendig!) ontmoetten we een oudere man die ons aansprak. Roger heeft opgemerkt dat rond zijn hals een koord hing met daaraan een kruis. Was hij misschien de pastoor? Hij was, net als wij, gewapend met een fototoestel en vertelde ons dat hij op zoek was naar voorjaarspaddenstoelen, maar die niet gevonden had. Volgde een hele uitleg over eetbare en minder eetbare paddenstoelen (want, als ik die man mag geloven, zijn ze over het algemeen minder giftig dan wat ons steeds werd voorgehouden). Hij vertelde ons ook dat hij had gezocht op de vroegere spoorweg Hasselt-Maastricht en dat hij daar, bij gebrek aan paddenstoelen, wel heel mooie voorjaarsbloemen had gevonden. Dus vervolgden wij onze weg (na een hartelijk afscheid), want we waren net op weg naar die spoorweg.
Inderdaad… Wat een pracht vonden we daar! We hoorden heel veel vogels fluiten (de meeste gezangen kon ik zelfs niet thuisbrengen) en zagen, buiten de bosanemonen en sleutelbloemen die je nu bijna overal vindt, speenkruid.
Ik had wel veel zin om verder te wandelen langs die verlaten spoorweg, maar Roger vond dat we voldoende gestapt hadden. Deze avond heeft hij gelezen in Wikipedia dat de bewuste spoorweg binnenkort weer in gebruik zal genomen worden.
We verlieten dus Eigenbilzen.
En reden terug naar huis waar ik even de keuken een kleine beurt gaf en voor het avondeten even met Hendrik belde. Hij en Anneke waren aan het genieten van het prachtige weer.
Nany heb ik ook proberen te bereiken, maar die gaf nooit thuis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten