Roger heeft zijn beste (denk ik toch) vriend leren kennen tijdens zijn studies in Leuven. Daarna is die getrouwd, naar zijn geboortestreek teruggekeerd, en Roger is later met mij in Antwerpen (en later hier dus) beland.
Vriend en zijn echtgenote kregen vier kinderen, wij daarna drie, we woonden nogal ver van elkaar, en hadden het alle vier druk met ons gezin en ons werk. We bleven wel contact houden maar zagen elkaar niet zo vaak.
Maar nu al onze kinderen het huis uit zijn, vinden we toch iets meer tijd om elkaar wat vaker te ontmoeten. Nog niet echt dikwijls, want van hier naar Herzele is ongeveer anderhalf uur rijden.
Vandaag werden we verwacht bij onze vrienden in Herzele. En het werd een prachtige avond in hun heel gezellig huis vol boeken. Bij een heel lekkere Cava met heerlijke hapjes, wisselden we eerst wat nieuwsjes uit. Daarna, bij een ‘eenvoudige’ tomatensoep met balletjes, gevolgd door witloof, hesp en kaassaus met een heerlijke witte wijn, hebben we gepraat over politiek (de Belgische problemen waren na een half uurtje opgelost!), muziek, poëzie en literatuur in het algemeen, veel gelachten en geluisterd naar Ierse en Zuid-Afrikaanse muziek.
Ik schreef ‘eenvoudige tomatensoep’, maar dat was alles behalve denigrerend! Integendeel, ik beweer dikwijls dat onze Vlaamse keuken uitstekend is, zeer gevarieerd en origineel. Alleen ervaren wij dat niet meer omdat we ze gewend zijn, en op wereldvlak is ze volgens mij niet voldoende gekend noch gegeerd. Maar ze is ook wat te vet (en niet, zoals in Zuid-Frankrijk en Spanje, dankzij plantaardige vetten!;-)
Omdat onze gastvrouw ook Franse les heeft gegeven, spraken zij en ik ook over onze herinneringen aan onze loopbaan als leerkracht (er werden zelfs vroegere spraakkunsten en leerboeken bijgehaald), en op een zeker ogenblik probeerden we ons allebei tevergeefs het Franse woord voor ‘walkman’ te herinneren, dat we toch destijds onze leerlingen hadden aangeleerd. Op dat ogenblik waren de mannen de inhoud van de bibliotheek (ja, een heuse bibliotheek, al is het hele huis volgezaaid met boeken) aan het keuren, en we konden dus hun hulp niet inroepen. Want, om helemaal eerlijk te zijn, zelfs het woord ‘Walkman’ viel ons niet te binnen. En ik wist zeker dat als ik dat woord weer wist, het Franse woord mij ook zou te binnenschieten.
Bij het dessert (pruimenmoes en appelmoes met ‘Petit-beurre'-koekjes), en daarna koffie/thee met fruittaart of Mattetaart, kregen we weer het gezelschap van onze mannen, en die wisten meteen dat we het hadden over een ‘walkman’, waardoor ik me meteen het woord ‘Balladeur’ herinnerde.
Om die prachtige avond af te sluiten, dronken we nog (behalve Roger die nog moest rijden) een lekker plaatselijk biertje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten