Ik herinnerde me deze avond ineens iets dat gebeurde voor mijn 4 en halve jaar (want voor we naar Congo vertrokken). De aanleiding was de laatste foto op die post. De chocolade waar Matthias op de foto aan zuigt, had hij op de grond gevonden. We dachten eerst dat hij weer een of ander speelgoed naar zijn mond bracht maar merkten al gauw dat het een chocoladefiguurtje was. Hij at dus letterlijk van de vloer (die hier nochtans niet zo schoon is! ).
Toen ik vandaag die foto herbekeek, bedacht ik dat hij waarschijnlijk zelf niet had verwacht zoiets lekkers te proeven toen hij het “dingetje” opraapte. En heel blij moet geweest zijn toen wij het hem niet afpakten (weliswaar nadat we snel gecontroleerd hadden of er niet te veel vuil aan vasthing).
En toen kwamen die beelden van vroeger. Het moet dus gebeurd zijn voor april 1954. We wandelden in een straat van ik weet niet welke stad, mijn vader, mijn moeder en ik, en ik zag een apparaat met mooie, kleurrijke knikkers staan (blijkbaar wist ik al wat knikkers waren en ook dat je die niet in je mond mocht steken). Ik jengelde tot ik mocht draaien aan een soort hendel (dat papa daar geld had moeten insteken, besefte ik niet, want dat herinner ik me niet). Er kwam een rode knikker uit. Terwijl we verder wandelden, betastte ik constant mijn nieuwe “knikker”, en uiteraard bracht ik die af en toe stiekem naar mijn mond om eraan te likken. Wat smaakte die lekker! Zo lekker dat ik aan papa verklapte: ‘Ik heb toch maar even gelikt aan die knikker en hij smaakt heel lekker. Mag ik er niet verder aan likken? Ik ga die echt niet inslikken!’
Waarop papa antwoordde: ‘Natuurlijk, want dat is geen knikker maar een snoepje!’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten