Mijn beste vriend (jawel, de man van 87 jaar van dit weekend, eigenlijk eerst de beste collegevriend van mijn vader) vertelde ons gisterenavond, toen alleen Roger, hij en ik overbleven in de leefkeuken (de anderen waren gaan slapen), bij de nog nodige glazen lekkere Zuid-Afrikaanse wijn, over zijn herinneringen aan de tweede wereldoorlog. Ik heb hem zeker vijf keer gezegd: ‘Schrijf dat toch allemaal op!’.
Nu is hij er nog toe in staat, maar hoe lang nog? En, ik herhaal het, en zei het nog eens tegen hem: ikzelf heb geen auditief geheugen. Natuurlijk heb ik het gros van zijn avonturen (want dat waren het) onthouden, maar van de interessante details, niets!
Zijn antwoord kwam er op neer dat zijn vader zijn eigen dagboeken, vooral geschreven tijdens de “grote oorlog 14-18” had verbrand en dat hijzelf de neiging had om hetzelfde te doen met zijn eigen “geschriften”!
Dat weet ik eigenlijk al langer! Hij heeft ooit, bij het opruimen, bijna al mijn brieven verbrand (we hebben meer dan 30 jaren via de gewone post met elkaar gecorrespondeerd)! En daar was ik toen echt niet goed van!
Ik vermoed echter dat hij bewust iets wil doen aan zijn nostalgische aard, want toen ik daar over sprak het voorbije weekend, toonde hij eerst spijt voor zijn opruimwoede maar herhaalde hij daarna: ‘Tot welk nut dat allemaal bijhouden?’
Heeft hij gelijk? Hij die me nog een extra zoen gaf vlak voor we vertrokken en zei: ‘We moeten elkaar zeker voor het einde van dit jaar terugzien!’.
Vecht hij, gezien zijn leeftijd, tegen zijn sentimentaliteit? Of denkt hij aan zijn dood?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten